Het schepencollege van Denderleeuw ontving donderdag het besluit van de gouverneur waarin het beroep wordt ingewilligd van de kerkfabriek Sint-Amandus Denderleeuw tegen het gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2013 over de aanpassing van het meerjarenplan 2014-2019 van de kerkfabriek.
Door deze beslissing wordt het door de kerkfabriek vastgestelde meerjarenplan integraal goedgekeurd. ‘Het schepencollege is het echter niet eens met het besluit van de gouverneur en gaat hiertegen in beroep’, laat burgemeester Jan De Dier weten.
Denderleeuw had eerder dit jaar aan alle kerkfabrieken gevraagd om voor de vergoeding van een orgelist het lagere vergoedingssysteem van het bisdom Gent toe te passen.
Met uitzondering van Sint-Amandus Denderleeuw sloten alle kerkbesturen zich hierbij aan.
De gemeenteraad paste de kredieten voor deze vergoedingen zelf aan bij Sint-Amandus Denderleeuw.
Ze hanteerde dezelfde kredieten als die bij Sint-Pietersbanden Welle, waarvan de werking vergelijkbaar is en zelfs meer parochianen telt.
‘Gezonde kerk steunt op vrijwilligers’
Sint-Amandus Denderleeuw werd ook gevraagd in hoeverre een koster (quasi voltijds tewerkgesteld) voor één kerk verantwoord is.
‘Want wat als ook de andere kerkfabrieken deze redenering zouden volgen en overal extra medewerkers zouden aangesteld én aangerekend worden?’, vraagt burgemeester De Dier zich luidop af.
‘ In vergelijking met andere gelijkaardige kerkfabrieken is het uitzonderlijk dat men met medewerkers in loondienst werkt. In principe wordt verwacht dat de werking van een gezonde kerk steunt op vrijwilligers.’
Een gemeentelijk voorstel om de functie van de koster evenredig te herverdelen over de vijf actieve kerken vond geen gehoor.
‘Verschil is buiten proportie’
‘Wanneer we het totaal van de toelagen bekijken dat aan de vijf kerkfabrieken wordt toegekend voor de komende 6 jaar, zien we dat Sint-Amandus Denderleeuw een aanzienlijk deel inneemt: 493.594 euro op een totaal van 987.234 euro exploitatietoelagen en 536.548 euro op een totaal van 911.845 euro investeringstoelagen.’
‘Men kan dus moeilijk beweren dat de beperkte aanpassing die de gemeenteraad voorstelde, de uitoefening van de erediensten in het gedrang zou brengen’, zegt burgemeester De Dier.
‘Het gemeentebestuur is van mening dat de disproportionele verschillen tussen de kerkfabrieken niet te verantwoorden zijn en dat overheidsgeld verantwoord moet besteed worden.’