Tijdens de 11 juli viering – aangepast aan corona maatregelen – werd de Opwijkse cultuurprijs uitgereikt. Voor het eerst werd die prijs postuum toegekend aan kunstschilder Luc Peter Crombé die in 2005 overleed. Het was zijn zoon Dominique die de prijs – een litho van Kris De Plecker – in ontvangst nam.
Het was Johan Deleu, schepen van Vlaams Beleid, die de bezoekers van de 11 juli viering welkom mocht heten. Door de omstandigheden was het aantal toeschouwers beperkt en moesten de veiligheidsvoorschriften nageleefd worden. Ook toen schepen van cultuur Jan Couck de drie laureaten op het podium riep. Ze moesten netjes elk op een stip gaan staan.
De eerste was Jos Tilley die in 2010 de eerste Opwijkse dorpsdichter was maar ook muzikaal erg actief is. Dan was het de beurt aan Dominique Crombé die zijn overleden vader Luc Peter Crombé vertegenwoordigde. De derde laureaat was Geert Joostens, fotograaf voor o.m. De Standaard en De Morgen. Uiteindelijk ging de titel en prijs naar Luc Peter Crombé die internationaal naam maakte als kunstschilder.
Vreemd was dat de Vlaamse Leeuw enkel kon beluisterd worden. Zingen in het publiek was, opnieuw omwille van het corona virus, immers niet toegestaan. Wie wel mocht zingen, maar op het podium dan, waren de jongens van Meteoor. Zij vormden de muzikale verrassing van het feestelijk gebeuren op de binnenkoer van het Spechteshof.
De titel van dorpsdichter blijft bij Eddy Hillaert. Een nieuwe dorpsdichter wordt maar om de twee jaar verkozen.