Na jarenlange restauratiewerken aan buiten- en binnenzijde van de voormalige abdijkerk van Ninove, kan de parochie van O.L.V.-Hemelvaart sinds kort opnieuw volledig beschikken over haar kerk voor eucharistievieringen, huwelijken, doopsels en begrafenissen, en is deze historische ruimte weer toegankelijk voor toeristen. Deken Michel Bekaert en zijn parochianen zetten dit heuglijk gebeuren de nodige luister bij met een feestprogramma, dat begint op Pinksteren en zal worden afgesloten op zondag 8 maart 2015.
Feestprogramma
Op zondag 8 juni (Pinksteren) om 16 uur gaat prelaat Erik De Cuyper, abt van Grimbergen, voor in een plechtige eucharistieviering, opgeluisterd door het dekenaal zangkoor ‘Jubilate Deo’. Deze dankviering legt de band met het abdijverleden en met de spirituele erfenis van de H. Norbertus die Ninove tot de Franse revolutie deelde met Grimbergen. De aanwezigen krijgen na de viering een hapje en een drankje aangeboden in het prachtige kader van het gerestaureerde kerkinterieur.
De Ninoofse abdijkerk is een uniek monument, omdat ze door één en dezelfde abt – Ferdinand Vander Haeghen – werd opgetrokken en ingericht tussen 1717 en 1754. De bouw was wel door drie van zijn voorgangers gepland en begonnen, maar nooit doorgezet. Één van die voorgangers – abt Kristiaan Roelofs – was meer begaan met het verwerven van relikwieën dan met een nieuwe kerk voor bedevaarders en kloosterlingen. Hij liet in 1647 het beroemde zilveren Corneliusschrijn vervaardigen, dat in de kerk permanent wordt tentoongesteld en dat het middelpunt vormt van de jaarlijkse pinksterbedevaart. Over geschiedenis en betekenis van dit reliekschrijn houdt historicus Jaak Peersman een spreekbeurt op zondag 20 juni 2014, eveneens om 16.00 u. in de abdijkerk.
Een vesperviering, muzikaal verzorgd door het dekenaal zangkoor ‘Jubilate Deo’ en het Fenikskoor, zal het feestprogramma afsluiten op zondag 8 maart 2015.
De restauratiewerken
Bij grote monumenten, zoals de voormalige abdijkerk van Ninove, is herstelling en restauratie bijna ononderbroken aan de orde. De laatste tien jaar echter volgden de werkzaamheden elkaar in snel tempo op, en kreeg de kerk veel van haar oorspronkelijke schoonheid terug.
Zo werd bij de dakwerken van 2008-2009 de vieringtoren met zijn acht dakkapellen in ere hersteld. Dat verbeterde na bijna tweehonderd jaar opnieuw de lichtinval in koepel en kruisbeuk, maar zette meteen ook de erbarmelijke staat van het verf- en pleisterwerk in de kijker. De kerk opnieuw bepleisteren en verven was evenwel geen gemakkelijke opgave, omdat vooraf ook de onderliggende problemen met stabiliteit en opstijgend (en insijpelend) vocht een oplossing moesten krijgen.
Dus werd tussen 2012 en 2014 de monumentale westgevel gestabiliseerd met niet minder dan 52 micropalen van 15 m. lengte, en verankerde men de muren rondom het kerkschip en het koor met in totaal 352 meter stalen staven. Het vocht werd bestreden door de buitenmuren te injecteren met een vochtwerend middel en door het condenswater op te vangen in een gootje onder elk raam. Toen daarna de scheuren in de muren waren gedicht, konden de pleister- en schilderwerken beginnen. De parochianen bleven tijdens deze werken eucharistie vieren temidden van een indrukwekkend netwerk van stellingen. De plaats van hun vieringen veranderde naar gelang de werken vorderden: eerst in koor en kruisbeuk, daarna in het schip, en tenslotte weer in de kruisbeuk. Er moesten immers niet alleen pleister- en schilderwerken worden uitgevoerd, maar ook 650 marmeren vloertegels waren aan vernieuwing toe.
Vandaag straalt de vroegere norbertijnenkerk opnieuw in helder wit, met 135 nieuwe sterren in verguld koper op de gewelfvlakken. Vanuit de koepel aan de binnenzijde van de vieringtoren kijkt een witte duif met gespreide vleugels op de bezoeker neer. Er rest nog één titanenwerk: de restauratie van het houten meubilair, waaronder het koorgestoelte en de monumentale altaarconstructies in het koor en in de transeptarmen.