Clem De Ridder, geboren Opwijkenaar, voormalig topman en erevoorzitter van het Davidsfonds en prominent lid van de Vlaamse Beweging, is woensdag in zijn woonplaats Bertem overleden. Hij werd 83. Zijn overlijden werd bekendgemaakt door het Davidsfonds.
De Ridder stond vanaf 1964 bijna twintig jaar lang aan het hoofd van het Davidsfonds. Hij was oprichter van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen, pleitbezorger van Leuven-Vlaams en nam eind jaren ’70 de leiding van de strijd tegen het Egmontpact.
Na enkele ideologisch moeilijke jaren werd De Ridder in 1977 door een grote meerderheid tot nationaal voorzitter verkozen. Dat bleef hij tot zijn 65-ste. Onder De Ridder kende het Davidsfonds een steile stijging van het aantal leden.
De organisatie diversifieerde zich, begon haar cultureel werk als eerste systematisch te baseren op sociologisch onderzoek en er kwam een grondige vernieuwing van het culturele aanbod.
Vlaamse beweging
De Ridder beperkte zich niet tot het Davidsfonds. In 1966 stond hij mee aan de wieg van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV). Ook van die koepel van Vlaamsgezinde verenigingen was hij acht jaar voorzitter.
Twee jaar later was De Ridder ook medestichter van het 5 november-Comité, dat zeer actief was in de strijd voor Leuven-Vlaams.
Naast het leiderschap van nog een reeks Vlaamse verenigingen, schreef De Ridder ook bindteksten voor het Vlaams Nationaal Zangfeest en de IJzerbedevaart, toneelstukken, hoorspelen voor radio en scripts voor tv.
Hij ontving diverse prijzen, waaronder de Visser-Neerlandiaprijs, de Klauwaertprijs, de Marnixring Erepenning en een eremedaille van het Vlaams Parlement.
De uitvaartplechtigheid vindt plaats op woensdag 6 november in de Sint-Pieterskerk in Bertem.