De aanvraag van het gemeentebestuur om het oude 19de eeuwse gemeentehuis van Wolvertem te laten erkennen als ‘beschermd gebouw’ is afgewezen. Daarmee wou de gemeente de ongeruste reacties bij de bevolking counteren, nadat werd beslist om het statige pand te verkopen. Schepen Sonja Becq (CD&V) maakt zich echter sterk dat een aantal gemeentelijke bepalingen zullen volstaan om de buitenzijde van het gebouw te vrijwaren.
Het oud-gemeentehuis dateert van het vierde kwart van de 19e eeuw en werd in neoklassieke stijl opgetrokken. Het gemeentebestuur heeft bij de opmaak van de begroting beslist om het gebouw te verkopen. Maar voor de Wolvertemnaren blijft het een sentimentele waarde hebben. Veel inwoners zijn dan ook ongerust over wat er mee gaat gebeuren. “Het historisch gebouw zal niet zomaar uit het erfgoed verdwijnen, verzekerde schepen van Patrimonium Sonja Becq (CD&V) eerder.
Om de bewoners echter helemaal gerust te stellen, besliste de gemeenteraad een aanvraag in te dienen om het voormalig gemeentehuis te laten erkennen als ‘beschermd gebouw’.
Maar die aanvraag is nu dus afgewezen. “Wij hebben bericht gekregen van Onroerend Erfgoed dat het gebouw niet weerhouden wordt en er dus geen berschermingsdossier wordt opgemaakt. Blijkbaar zijn er meer gemeentehuizen in die stijl in Vlaanderen en is het geen ‘uniek exemplaar’. Er wordt wel gesteld dat we lokaal beschermende maatregelen kunnen nemen.”
Volgens Becq is dat afdoende om minstens de buitenzijde van het pand te vrijwaren. “In het Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) dat geldig is voor deze site is al voorzien dat bij een herbestemming van het gebouw de karakteristieke gevels hoofdzakelijk behouden moeten blijven. Enkel voor het vergemakkelijken van de toegang en voor het optimaliseren van de evacuatiemogelijkheden mogen er aan de gevels bouwkundige aanpassingen gebeuren. In overleg met de gemeentelijke diensten en Onroerend Erfgoed Vlaanderen mag de interne organisatie en inrichting wel grotendeels worden aangepast.”
“Het gebouw is sowieso ook al opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed van de gemeente”, vervolgt Becq. “Gevolg daarvan is dat er steeds een advies van Onroerend Erfgoed Vlaanderen gegeven moet worden indien men het gebouw wil slopen, maar ook dat er kan afgeweken worden van een aantal eisen inzake energieprestatie en binnenklimaat indien dat nodig is om de erfgoedwaarde van het gebouw te behouden.”
Het is dus zeker niet zo dat een nieuwe eigenaar zomaar kan doen wat hij wil met het pand. Al geeft Becq wel toe dat een erkenning door Onroerend Erfgoed Vlaanderen een solidere beschermingsbodem had geboden en de koper ook duidelijker zou geweten hebben waar hij aan toe is.
De verkoop is alleszins voor binnenkort. “De notaris is aangesteld en er is een schatting gevraagd. We hopen dat de verkoopprocedure tegen eind dit jaar is afgerond.”
Het gewezen gemeentehuis wordt sinds de bouw van het nieuwe administratief centrum niet meer gebruikt door de administratieve diensten. Het pand deed wel nog dienst als opvang voor de muziekacademie in afwachting van de voltooiing van hun nieuwe accommodatie in Meise centrum. Als nieuwe bestemming zijn culturele en sociale voorzieningen, horeca, vrije beroepen, kantoren of diensten mogelijk. Wonen is er dus niet mogelijk.