Begin de jaren ‘70 van de vorige eeuw zat het weeshuis van de Zwartzusters in Asse in zwaar weer. De zusters vingen er wezen en verlaten kinderen op en gaven hen onderdak en een degelijke opvoeding. Naast het weeshuis ontfermden ze zich ook over een kinderkribbe en een medisch centrum. Maar de gebouwen tussen de Weverstraat en de Spiegelstraat waar de kinderen opgevangen werden, waren sterk verouderd en moest dringend verbouwd worden.
Helaas hadden de zusters daar amper de middelen voor, op overheidssteun konden zij niet rekenen, en dus dreigden in 1971 dertig wezen op straat te belanden. Assenaar Frans was samen met zijn vrouw Anne-Marie nauw betrokken bij de werking van het weeshuis en dus zette hij verschillende acties op om de nodige fondsen in te zamelen.
“De Zwartzusters bestonden toen net 150 jaar in Asse en al het goede werk dat zij al voor de parochie gedaan hadden, dreigde te verdwijnen. Dat kon ik niet laten gebeuren”, zegt Frans (82). Met een stenenactie haalde hij 480.000 Belgische Frank op. “Maar dat was nog niet genoeg en dus ging ik in verschillende parochies een preek geven over de noodlijdende situatie van de Zwartzusters. Zo ging ik langs in 96 kerken. En terwijl ik preekte, ging zuster Berchmans met de schaal rond. We hadden het geluk dat er toen nog heel wat missen waren, dus dat leverde veel op.”
Frans en Anne-Marie schreven ‘s avonds, wanneer hun kinderen in bed lagen, ook nog handgeschreven bedelbrieven. “Die brieven stuurden we dan naar de notabelen uit de streek en naar ministers. Zo stuurde ik ook een brief naar de commandant van de BOB (Bijzondere Opsporingsbrigade) in Asse”, legt Frans uit. “Op een dag stond adjudant Verlinden van de BOB plots in het weeshuis met een dikke cheque”, gaat Frans verder.
“Wat bleek nu? De BOB had langs de Edingsesteenweg zes schilderijen teruggevonden die gestolen waren in het Verenigd Koninkrijk. De schilderijen waren blijkbaar van de Britse Queen en dus trok een delegatie van de BOB naar daar om ze terug te bezorgen.”
Daar werd de delegatie ontvangen door Queen Elizabeth zelf. Frans zelf was niet aanwezig maar hoorde achteraf van de mensen van de BOB dat het de belevenis van hun leven was. “De koningin was zo blij met de vondst dat ze een cheque van 7.500 Britse Pond, ongeveer 300.000 Frank wou schenken. Maar de BOB mocht dat geld niet aannemen. Toevallig hadden ze wel mijn handgeschreven bedelbrief bij. Die werd voor de koningin vertaald waarna ze gezegd zou hebben dat ze het geld dan maar aan het weeshuis moesten schenken”, zegt Frans, die nog altijd emotioneel wordt als hij het vertelt.
Frans is de Queen Elizabeth nog altijd dankbaar voor haar gulle schenking. “Ze had het geld ook gewoon kunnen houden. Het was een enorme boost voor het weeshuis. In totaal haalden we zo’n vier miljoen Frank op waarmee we een totaalrenovatie uitvoerden.”
Frans vond dat nu de koningin overleden is, hij dit verhaal nog eens moest vertellen. “Uit eerbetoon aan de Queen. En om aan te tonen dat ze ook een band had met Asse. Want dankzij haar kon het weeshuis blijven bestaan en stonden de dertig kinderen niet op straat. De Zwartzusters mogen dan wel vertrokken zijn, tot op vandaag worden er in de gebouwen dankzij vzw ‘t Spiegeltje nog kinderen opgevangen.