Asse vraagt om de uitbreiding van de industriezone Mollem te beperken tot 8 hectare. Die mag er ook pas komen na de realisering van de volledige ringweg.
De provincie Vlaams-Brabant houdt nog tot 7 maart een openbaar onderzoek over zes provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen voor Asse, in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied van Asse-centrum. Het gemeentebestuur heeft nu zijn advies bekendgemaakt dat nog deze maand aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.
Het bestuur verheugt zich dat door de afbakening de reservering van het tracé van de rondweg opnieuw kan worden vastgesteld. Wel wordt onder meer gevraagd om aan de Edingsesteenweg de hoeve Rampelberg, die in de realiteit al grotendeels is gesloopt, op te nemen in het tracé.
Ook verzet de gemeente zich tegen een grootschalige uitbreiding van het bedrijventerrein in Mollem.
“Die is in tegenstrijd met eerdere besprekingen”, zegt burgemeester Koen Van Elsen (CD&V). “Enkel het zogenaamde scharnierpunt en een beperkte uitbreiding van zes tot acht hectare, in combinatie met een groenscherm, kan overwogen worden, maar die is slechts mogelijk nadat de rondweg fase 2 en fase 3 (tot aan de Edingsesteenweg) gerealiseerd zijn. We kiezen aan de achterzijde van de industriezone ook voor een echt stadsrandbos waar er in Asse hoge nood aan is.”
Die hoge nood betekent wel nog geen hoge spoed, want Asse vindt dat de gronden voor de stadsrandbossen slechts kunnen verworven worden na akkoord met de eigenaar. De gemeente wil dus geen verplichte onteigening, maar ze zou wel een recht van voorkoop krijgen als de percelen ooit te koop komen.
Asse vraagt eveneens rekening te houden met de bestaande landgoedparken. Tegelijk wordt voorgesteld om het voorziene stadsrandbos aan het speelplein Witte Mosdal uit te breiden om hier een speelplein met groenzone te garanderen. In het huidige plan wordt dit bouwgrond, maar volgens de gemeente is het daar onmogelijk om aan te sluiten op de riolering.
Verder vraagt Asse om bij de commerciële perimeters rekening te houden met de bestaande bedrijven. “De ontwikkelingsmogelijkheden van de bestaande bedrijven mogen niet in het gedrang komen. Concrete voorbeelden hiervan zijn de winkelzone Delhaize en de winkelzone Aldi”, aldus Van Elsen.
Lees ook: