Pagadder, de enige buitenschoolse kinderopvang in Meise en de enige plaats waar er opvang voorzien is na 18u, luidt de alarmbel. 12 jaar lang werden de kinderen gebracht van de scholen (Sinte Maarten, Leertuin, Fusieschool, Zonnebloem, Schooltje van Oppem en schooltje van Westrode) door het schoolbusvervoer van de gemeente Meise.
“Op 20 juli kregen we echter te horen dat de schoolbus niet opnieuw zou opstarten in september door Covid-19”, vertelt verantwoordelijke Lieve Hellinckx. “Via een expert van de federale overheid en tevens moeder van twee Pagadders, hebben we nochtans de bevestiging gekregen dat de schoolbus mag rijden zelfs als de kleurcode zou veranderen naar rood. Aangezien alle regels opgelegd door de federale overheid en kind en gezin, gerespecteerd worden.”
Pagadder regelde busvervoer door een externe busfirma als noodoplossing voor de maand september. “De hoge kosten van deze noodoplossing zijn financieel gezien niet langer dan een maand haalbaar en zonder schoolbus kunnen we het bestaan van Pagadder niet langer verzekeren.”
Nu besliste de gemeente om terug op te starten vanaf 5 oktober voor een beperkte selectie van kinderen. “Er zouden maar 50 van de 150 kinderen mee kunnen. Als de 60 ‘pagadders’ niet mee kunnen betekent dit het einde van Pagadder, waarbij 3 personeelsleden op straat staan en 60 kinderen geen opvang meer hebben.”
Burgemeester Gerda Van den Brande (N-VA) begrijpt de frustraties van de ouders, maar benadrukt dat het bestuur geen risico wil nemen en de social distancing ook op busvervoer wil handhaven om een nieuwe lockdown te vermijden. Meise voert criteria in om te bepalen welk kind mag meerijden met de bus. Zo zullen ouders die niet beschikken over een auto of gepast vervoersmiddel voorrang krijgen, net als eenoudergezinnen en kinderen die niet kunnen opgevangen worden.