Vlaams minister-president en Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois (N-VA) heeft het stadhuis van Vilvoorde voorlopig beschermd. Binnen negen maanden wordt bepaald of het gebouw ook definitief beschermd wordt.
Het stadhuis van Vilvoorde werd in de periode tussen 1870 en 1873 gebouwd naar de plannen van de Brusselse architect Antoine Trappeniers. Het pand in eclectische stijl heeft zowel een ceremonieel als een administratief deel. Naast het exterieur is ook het interieur van het ceremoniële deel aan de kant van de Grote Markt beschermd. Daar zijn de traphal, de trouwzaal, het kantoor van de burgemeester en de imposante feestzaal bewaard. Het stadhuis moest de economische bloei van het negentiende-eeuwse Vilvoorde tonen.
Naast Vilvoorde heeft de minister ook de gemeentehuizen van Beersel en Sint-Pieters-Leeuw voorlopig beschermd. “Ze geven een fraai beeld van de geschiedenis van de bouw van gemeentehuizen in Vlaanderen”, aldus Bourgeois. “Samen tonen ze de evolutie die gemeentehuizen ondergingen van een vooral representatief gebouw naar een zeer functioneel en publieksgericht gebouw.”
Of het stadhuis van Vilvoorde ook definitief beschermd wordt, zal binnen negen maanden blijken. De komende maanden wordt een openbaar onderzoek gevoerd, waarna de minister een definitieve beslissing neemt.