Frits Coenen (62) houdt het na 15 jaar voor bekeken als hoofd van de lokale politiezone Vilvoorde-Machelen (VIMA). Coenen blikt tevreden terug.
“Het is een droomjob geweest”. Hij vindt dat de Zennestad er door de jaren heen veiliger op is geworden. “De cijfers geven mij gelijk al besef ik dat de perceptie van de burger soms anders is.” Frits Coenen wordt opgevolgd door Erik Bassleer.
Frits Coenen startte zijn carrière in 1974 bij de toenmalige Rijkswacht. In 1978 kwam hij in Vilvoorde terecht en in 1987 werd hij er Brigadecommandant.
Bij de politiehervorming van 2001, toen de gemeentepolitie van Vilvoorde en Machelen en de Rijkswachtbrigade van Vilvoorde samensmolten, werd hij korpschef. Toen waren dat 135 manschappen waaraan Coenen moest leiding geven. Nu 15 jaar later zijn het er een 160-tal, de extra mankracht dankzij het zogenaamde ‘Kanaalplan’ niet meegerekend.
Coenen heeft er drie ambtstermijnen opzitten als korpschef.
“Het is welletjes geweest nu. Ik mocht als vroeger Rijkswachter eigenlijk al op pensioen op 56. Ik heb nog een derde mandaat opgenomen omdat ik dat werk gewoon graag deed. Maar alles wat er de laatste jaren op ons afkwam, onder meer het fenomeen van de radicalisering, heeft het er ook niet makkelijker op gemaakt. Dat vreet aan een mens en het waren best moeilijke tijden. Ik heb het mij niet beklaagd maar het is tijd dat iemand met nieuwe ideeën en inzichten deze moeilijke materie nu kan overnemen.”
Door de jaren heen zag Coenen uiteraard heel wat miserie vanop de eerste rij.
“Als kinderen het slachtoffer zijn, grijpt je dat het meeste aan. Zo herinner ik mij nog goed een familiedrama in de Perksestraat waarbij een man zijn twee kinderen had gedood en daarna zelfmoord heeft gepleegd. Er zijn ook twee overlijdens geweest in mijn korps, niet door geweld overigens. Maar dat blijven toch heel zware dobbers…”
Coenen zag ook Vilvoorde evolueren. “Het multiculturele Vilvoorde bestond al in 1978 toen ik hier toekwam. Dat is nog toegenomen maar spijtig genoeg is tegelijk ook de polarisatie veel groter geworden. Wat de mensen zelf betreft: vroeger vroeg men iets, nu eist men het. Zelfredzaamheid is een probleem. Vandaag moet de politie een burenruzie oplossen. Maar dat zijn maatschappelijke fenomenen die je in heel Vlaanderen aantreft. En het klinkt misschien vreemd als intussen ex-politieman maar ik vind dat we met een overreglementering zitten. Je mag vandaag gewoon niks meer…”
Vilvoorde is wel veiliger dan vroeger, vindt Coenen. “Het lijkt misschien niet zo in de ogen van de mensen maar de cijfers geven mij gelijk. En op die periode is de bevolking nochtans met een kwart aangegroeid. Met allemaal nieuwe problemen. Maar de criminaliteitsgraad is nooit zo laag geweest. Elk misdrijf is er evenwel één teveel. VIMA is echter een ankerpunt geworden wat politiewerking betreft. Daar ben ik best fier op.”
Coenen verlaat Vilvoorde. Binnen een maand gaat hij in in het Limburgse Bree wonen. Dat had hij aan zijn vrouw beloofd.
“Toen we trouwden had ik gezegd dat het voor twee jaar was dat we naar hier kwamen. Dat zijn er 41 geworden… Vandaar dat zij na mijn pensioen mocht kiezen. Maar het is niet dat we hier niet meer terugkeren. Onze kinderen en kleinkinderen wonen namelijk in de regio.”
Het wordt een hele grote overgang voor Coenen. “Maar ik val niet in een zwart gat. Ik ga sowieso avondschool volgen: iets met fotografie, koken of talen. En mijn ultieme droom is reisbegeleider worden. Wie weet komt het nog van…”