OPWIJK - Oppositiepartij samen 1745 reageerde op het meerjarenplan dat op de gemeenteraad van november werd voorgesteld. Hierna volgt de complete reactie:
“Het nieuwe meerjarenplan 2026–2031 dat de Opwijkse meerderheid tijdens de gemeenteraad van november voorstelde toont een aanzienlijke stijging van de gemeentelijke schuld. Die evolueert van ongeveer 15 miljoen euro vandaag naar 30 miljoen euro in 2031. De verdubbeling is het gevolg van een combinatie van nieuwe, grootschalige investeringsprojecten en langlopende financiële engagementen. Concreet stijgt de schuld per inwoner van €766 naar €2133, bijna een verdrievoudiging!
Investeringen in bakstenen
In het meerjarenplan kiest de meerderheid voor verschillende omvangrijke infrastructuur- en bouwprojecten. Deze investeringen moeten op termijn bijdragen aan de verdere ontwikkeling van Opwijk, maar veroorzaken de komende jaren een duidelijke stijging van de schuldgraad.
Volgens de cijfers wordt een aanzienlijk deel van de beschikbare middelen in de eerstvolgende legislatuur vastgeklikt door projecten die nu worden opgestart of gepland. Daardoor vermindert de financiële flexibiliteit op korte en middellange termijn.
Gevolgen voor toekomstig bestuur
De voorziene schuldopbouw betekent dat een zwaardere financiële last wordt doorgeschoven naar het bestuur dat in 2031 aantreedt. Dat toekomstige bestuur zal minder ruimte hebben om nieuwe initiatieven te ontplooien, tenzij er nieuwe inkomsten worden gegenereerd bijvoorbeeld door de gemeentebelasting of de opcentiemen te verhogen of andere uitgaven worden afgebouwd.
Financiële experts wijzen er in algemene zin op dat hogere schuldniveaus de jaarlijkse aflossingsdruk verhogen, wat een impact kan hebben op de operationele marge van lokale besturen.
Lokale noden onder druk
Door de sterke nadruk op enkele grote projecten bestaat de kans dat dagelijkse, lokale noden — zoals onderhoud van infrastructuur, dienstverlening, duurzaamheid, buurtgerichte projecten of sociale initiatieven — minder ruimte krijgen in de budgetten. Het plan toont minder groeimarge voor kleinere, frequente uitgaven die voor veel inwoners essentieel zijn. Bovendien is een deel van de investeringen afhankelijk van de opbrengst van de verkoop van een deel van het eigen patrimonium. Die afhankelijkheid maakt de constructie zeer broos. Er wordt gerekend op centen die er niet zeker zijn.
Vraagstukken voor de komende jaren
De centrale vraag die het nieuwe meerjarenplan oproept is hoe Opwijk in de komende jaren: de toenemende schuldenlast zal opvangen, ruimte zal behouden voor noodzakelijke lokale uitgaven, en de balans zal bewaren tussen ambitieuze investeringen en betaalbaarheid op lange termijn zonder de belastingen te verhogen.
Wij roepen het bestuur op om de schuldgraad te herbekijken, de investeringen meer te spreiden en de focus te leggen op de dagelijkse noden van de Opwijkenaar, in plaats van de financiering van dure bouwwerken. Het argument van een inhaalbeweging klopt daarbij niet, immers was hetzelfde bestuur ook de vorige legislatuur aan de macht, maar heeft men er toen voor gekozen om geen grote investeringen te doen.”
